Stichting Nivoz logo
Sterkt leraren, schoolleiders en betrokkenen bij de uitvoering van hun pedagogische opdracht

Nivoz platform hetkind

Bivakbulletin: Ervaringsleren in de Ardennen

3 mei 2024

Martijn Verhagen is per 1 april onze nieuwe teamleider opleidingen. Hiervoor werkte hij als docent en onderzoeker voor Avans Hogeschool in Den Bosch, bij de opleiding Social Work. Daar zette hij met collega's een studiereis naar de Ardennen op, gericht op ervaringsleren: 'Wat betreft het denken geloof ik als filosoof dat er niet één weg is, niet één taal en niet één doel. Dat vraagt van professionals in het onderwijs om verbeeldingskracht, de ruimte in je hoofd gebruiken om te bedenken hoe het voor de ander anders kan zijn, en hoe je toch de wereld samen een beetje mooier kunt maken.' Onlangs ging Martijn nog één keer back to basic met een groep studenten. We vroegen hem om zijn ervaringen te delen om enerzijds een mooi inkijkje te krijgen in de leeropbrengst ervan en bovenal om zo ook Martijn een beetje te leren kennen. Hier vind je zijn vijf dagelijkse updates.

MAANDAG: 'EEN PRACHTIG BEGIN' 

We zijn begonnen. Veertien studenten, vier docenten, een bivakveldje, een hooischuur en een kampvuur. Ik zou kunnen beginnen te vertellen over wat we vandaag gedaan hebben, maar eigenlijk gaat het daar deze week niet om. Het thema van deze week is ervaringsleren en daarbij gaat het niet zozeer om wat je doet, maar om hoe je dat ervaart en wat je daarvan leert. 

Gek genoeg is ervaringsleren voor mij ook filosofie en dan met name de filosofie van John Dewey. Dewey, die bij veel mensen die hem via NIVOZ kennen misschien veel associaties met zijn pedagogiek oproept. Dewey is voor mij ook de filosoof die het leren grondt in de ervaring. En een pragmatist; bij wie het niet gaat om wat waarheid is, maar om wat werkt. 

Dit is intussen de vierde studiereis die ik rond dit thema organiseer en begeleid. En toch blijft mijn centrale vraag: wat zou er deze keer werken? De belangrijkste gesprekken die ik met mijn collega's heb gehad vandaag, gingen ook daarover. En wat doen wij om die vraag te beantwoorden? Dat gaan we ervaren. We gaan kijken, luisteren, vragen opsporen en zetten activiteiten in om randvoorwaarden voor bewuste leerervaringen te creëren. 

Wat we daarvoor gedaan hebben? Allereerst hebben we studenten niet verteld wat we deze week gaan doen en hun telefoons ingenomen. Vervolgens hebben we ze met een kaart uit de bus gezet en ze naar onze bivaklocatie laten lopen. Ter plaatse sturen we zo weinig mogelijk. De slaapplaatsen zijn ingericht, er is hout gesprokkeld, vuur gemaakt, gekookt, gegeten en we hebben onze eerste oriënterende wandeling gemaakt. We laten nu de natuur, de rust en de groepsdynamica hun werk doen. 

We sluiten dat vanavond nog af met een reflectiemoment in de groep. De opbrengst daarvan volgt mogelijk in het verslag van morgen. Voor nu een conclusie in één regel: er is een actieve, open, leergierige groep. Een prachtig begin.

DINSDAG: 'ANDERS WERKT HET NIET' 

Stel je voor: een universum dat alleen bestaat uit een kring van mensen rond een kampvuur. In het donker. Af en toe een kleine spetter regen. En een groep mensen met een brandend waxinelichtje in hun hand. Helemaal stil, op het geluid van het kampvuur, de wind en wat vogeltjes na. 

Iedereen heeft net een voorwerp uit de natuur gehaald dat symbool staat voor een kwaliteit die van waarde kan zijn voor de groep. Om de beurt vertelt iedereen over die kwaliteit én over wat hij of zij nodig heeft uit de groep, iets waar de groep diegene bij kan helpen. Om de beurt blaast ieder, na de eigen bijdrage, het waxinelichtje uit. Ieder kiest zelf een moment voor de eigen inbreng en na verloop van tijd is het donker en stil. 

Ik ben elke keer weer positief verrast over hoe zo'n kleine opdracht, in een groep die nog geen dag bij elkaar is, zoveel openheid, persoonlijke verhalen en aandacht voor elkaar kan genereren. In een uur tijd zijn we van een gezellig tripje naar een persoonlijke ontdekkingsreis geëvolueerd. 

Dag twee van deze studiereis begint met de activiteit vlotbouwen en –varen, waarbij we de studenten in stilte laten bouwen. In alle rust ontstaan als vanzelf een samenwerking en twee stevige vlotten. Een teambuilder. Veel meer daarover zeg ik nu niet, het gaat immers om de ervaring. En het is die ervaring die we in de middag wat verder (theoretisch) uitwerken. We introduceren daarvoor het model van comfortzone, learningzone en paniczone. We delen het met de studenten zodat zij het ook kunnen gaan toepassen in hun eigen werk en geven daarmee ook een kijkje in onze eigen keuken. Want het enige dat wij als begeleiders deze week doen is spelen met die zones, waarbij het uitgangspunt is dat we studenten in de learning proberen te krijgen. Dat is een continu proces van uitdagingen toevoegen en (te grote) risico's wegnemen. Daarbij geldt in theorie voor mij dat je als begeleider altijd in je comfortzone moet zijn, zodat je overzicht kunt bewaren en waar nodig kunt ingrijpen. En ik voel mij hier in de middle of nowhere, zonder voorzieningen enorm in mijn comfortzone. En toch heb ik mij gisteravond bij het kampvuur ook kwetsbaar opgesteld. Buiten mijn comfortzone. Anders werkt het niet. 

WOENSDAG: 'HAKKEN MET HEIDEGGER' 

Zijn en tijd. Daar moest ik net aan denken. Eigenlijk eerst aan tijd en ruimte, maar op die ruimte kom ik zo terug. Zijn en tijd is weer een associatie die mij brengt van de filosofie naar de praktijk. Als filosofie was het het taaiste boek dat ik ooit gelezen heb. Maar de centrale vraag: wat is het zijn eigenlijk? Die vraag komt in allerlei gedaantes voorbij deze week. Het lijkt hier wel of de tijd op een andere manier werkt. We zijn hier nu een dikke 48 uur en het lijkt soms wel alsof we hier al weken zijn. Dat ervaar ik niet alleen zelf, maar dat hoor ik nu heel de dag om me heen uit ieders mond. Bijna alsof de tijd stilstaat. En dat maakt dat er steeds meer ruimte is voor de vragen over het zijn. Waar is die telefoon eigenlijk goed voor? Waarom hoef ik me hier niet druk te maken over morgen? En waarom doe ik dat soms toch? Hoe kan het dat je zo snel mensen echt kunt leren kennen? En dat er niemand buiten de groep valt? Er lijkt een veilige ruimte te zijn ontstaan. Door en in de buitenruimte. 

Vandaag waren we in een oude steengroeve. Daar gingen we klimmen, abseilen en een via ferrata bedwingen. Die veilige ruimte zorgde ervoor dat veel mensen hun grenzen weer hebben verlegd. Maar wat me het meest opviel vandaag was dat mensen onder spanning heel verschillend ruimte innemen. In de via ferrata, een zeer uitdagende klauterpartij over een bergwand, liep ik tussen twee mensen die het heel spannend vonden. Degene voor mij gaf dat heel veel ruimte: een constante herhaling van 'Waar moet ik heen?' En: 'Ik durf dat niet.' Bijna als een soort mantra. Achter me was het doodstil. Zou ik dat in een klaslokaal ook (zo) gezien hebben? Ik denk het niet, eigenlijk. Waarom hier dan wel? Ik denk omdat we steeds tijd en ruimte geven aan iedereen, als mens. 

Rechts naast mij geeft een van de studenten nu een workshop houthakken aan een docent. Voor mij is de weg terug naar Heidegger nu heel kort. Omdat Heidegger er zelf van genoot om in zijn vrije tijd hout te hakken in zijn hutje in het Zwarte Woud. En vooral omdat ik daarvoor de workshop Hakken met Heidegger ooit bedacht. Misschien toch eens uitwerken. 

DONDERDAG: DE GROT VAN PLATO 

Van de hoofdactiviteit van vandaag naar de filosofie is het wel een heel makkelijke weg. We waren in een grot. Volgens de allegorie van de grot van Plato is de ware wijsheid te vinden buiten de grot. Het dagelijks leven speelt zich dan af in de grot en daar zien we slechts schaduwen van de werkelijkheid. Die wereld in de grot staat deze week wat mij betreft voor de normale wereld die wij maandag hebben achtergelaten. De wereld waar we meerennen in de dagelijkse haast, ons laten verleiden tot allerhande afleidingen, geneugten en snelle genotsmomenten. En het wordt bij alle studenten een steeds nadrukkelijker onderwerp: waar gaat het nou echt om, wat heb ik nou echt gemist? 

Voor mij heeft de concrete grot van vandaag ook een belangrijke betekenis in het ervaringsleren. Het is een soort toverdoos voor groepsdynamica. Ik heb dit vaker meegemaakt met groepen uit de jeugdhulpverlening met wie ik in die grot ging. Vandaag ging het weer zo. Bij het betreden van de grot – je moet weten dat het écht een nauwe, krappe grot is waarin we onszelf klauterend en schuivend op buik en rug verplaatsen – draaien de rollen in de groep om. Haantjes de voorsten worden stil, soms zelfs angstig. De stille krachten bloeien op, gaan heel duidelijk communiceren en worden de helpers. De grot is daarmee een prachtig voorbeeld van hoe de natuur op zichzelf al krachtig genoeg kan zijn om iets te bereiken. 

Na de grot mochten we douchen en werd er een barbecue voor ons geserveerd. Het was een figuurlijke zucht van verlichting voor de hele groep. Even comfort! En meteen was het een aaneenschakeling van verhalen van studenten die elkaar met voorbeelden uit de week vertelden hoe mooi ze deze reis vinden en hoeveel ze hebben geleerd. Bijna euforisch. 

Morgen gaan we terug naar de normale wereld. Voordat we vertrekken, gaan we samen nog nadenken, reflecteren op de vraag hoe wij deze inzichten kunnen meenemen naar die grot. Maar nu eerst frikandellen bakken op het kampvuur. En een biertje. Proost! 

VRIJDAG: STEEDS LUIDER GEZANG 

De afronding. De laatste dag. Nog één reflectie. Afscheid nemen. Terugblikken. 

We vroegen de studenten vanmorgen om een uur te gaan wandelen, alleen of met z'n tweeën, met twee vragen in het achterhoofd: Wat wil ik hier achterlaten? En: Wat neem ik mee? Uit de uiteindelijke antwoorden bleek dat veel studenten hun grenzen verlegd hebben en vooral dat ze dat willen blijven doen. Ze hebben meer zelfvertrouwen en ze hebben ervaren dat ze zelf kunnen kiezen om door te zetten. En om hun eigen weg te gaan. 

Voor mij bevestigden de antwoorden hoe krachtig deze studiereis is. En ik durf nu wel te stellen dat het concept klopt en staat als een huis. De opbouw van de activiteiten, de reflectiemomenten en het continu finetunen van het programma op basis van de individuele vragen en de dingen die op ons pad komen. 

Als begeleiders stonden we steeds heel dicht bij de studenten. We kwamen soms dichterbij door onszelf kwetsbaar op te stellen of om een student door een spannende situatie te loodsen. Soms deden we een stapje terug door de regie aan studenten te laten, hen de ruimte te geven om eigen keuzes te maken of door stilte te creëren. Alles bij elkaar waren we vooral met medemensen aan het werk, en niet met hun rol als student. En wat blijkt: dan kunnen deze mensen veel meer dan wij in het klaslokaal vaak denken. Ze zijn gefocust, luisteren naar elkaar, durven nieuwe situaties aan te gaan, kunnen reflecteren, zijn intrinsiek gemotiveerd en willen zich graag ontwikkelen. 

Ik denk echt dat als we studenten in het klaslokaal meer als medemens zien, ruimte geven en gebruik durven maken van het moment en de stilte, dat het onderwijs echt betekenisvoller kan. Dat vraagt ook om tijd en het lef van docenten om mee te bewegen. 

Stilte was het woord van de dag. Behalve in de busjes op de terugreis waar het resterende bier werd opgedronken, vergezeld van steeds luider gezang. 

Reacties

0
Login of vul uw e-mailadres in.


Er zijn nog geen reacties
Delen:
Op de hoogte blijven?
Schrijf je in voor de nieuwsbrief